PDD-NOS

A: Kenmerken

  • Onhandig en angstig gedrag in sociale situaties
  • Weinig begrip en gebruik van non- verbale signalen (oogcontact , lichaamshouding)
  • Haast niet of helemaal niet leren van sociale ervaringen
  • Het ontbreken van wederkerigheid in het contact
  • Een eenzame, gesloten indruk te maken.
  • Angstig tonen voor veranderingen
  • Fanatiek vast te houden aan bepaalde routines
  • Koppig en driftig uiten
  • Een eenzijdige belangstelling tonen
  • Rigide en dwangmatige gedragspatronen te ontwikkelen
  • Overgevoeligheid voor zintuiglijke prikkels
  • Weinig gevoeligheid voor geluiden, beelden, temperaturen of aanrakingen
  • Trage taalontwikkeling
  • Eigenaardig ouwelijk taalgebruik.
  • Taal in alle gevallen letterlijk nemen
  • Een onhandig en stijve motoriek

 

B: Beperkingen in het dagelijks leven

Doordat het sociale gedrag anders ontwikkelt krijgt het kind problemen bij zijn socialisme, hij word hierdoor minder sociaal omdat het sociaal zijn telkens verkeerd afloopt. 

Vaak hebben kinderen met PDD-NOS moeite om het aandacht op een punt te houden, zij worden vaak afgeleid.

Doordat ze stereotiep gedrag ontwikkelen vinden zij het niet fijn om hier van af te stappen. Door veranderingen kunnen zij angstig worden, dit uiten zij vaak in driftbuien of zij keren zich af van de omgeving. 

 

C: Begeleiding(stips) voor jouw als groepsleider/begeleider

 

Als begeleider kan je de volgende dingen bieden bij het begeleiden van iemand met PDD-NOS. Dit is het zelfde rijtje voor het begeleiden van iemand met asperger, toch zijn deze punten ook efficiënt  voor iemand met PDD-NOS. 

     - Structuur doormiddel van duidelijkheid, picto’s, tijdsaanduiding, vaste dag indeling

       - Stap voor stap dingen uitleggen. 

        - Korte zinnen.

        - Geen dubbele vragen.

        - Antwoorden bevestigen.

        - Vertelde verhaal samen laten vatten.

         - Luisterend oor bieden.

        - Activiteit voordoen

        - Uitdaging in activiteit brengen.